maandag 10 maart 2014

Het verkiezingsdebat in Gouda: coffeeshops, zondagsrust, groen en veiligheid


GOUDA – Coffeeshops, koopzondagen, groenvoorzieningen en de stadsmariniers stonden maandagavond in Gouda ter discussie. Tenminste acht partijen gingen in De Chocoladefabriek met elkaar in debat in het lijsttrekkersdebat van de Omroep West-verkiezingskaravaan.
De laatste week voor de verkiezingen is de verkiezingskaravaan in de grootste gemeentes van onze regio. In Gouda kwamen Gouda Positief, het CDA, de ChristenUnie, D66, de VVD, de PvdA, TROTS en GroenLinks bij elkaar.
Coffeeshops
Het centrum van Gouda heeft vijf coffeeshops. Omdat omwonenden daar overlast van ervaren is de stelling: alle coffeeshops uit de binnenstad moeten verkassen naar een drive-in wietboulevard.
Johan Weeber van Gouda Positief trapt de bal af. Hij is voor het uitplaatsen van tenminste één coffeeshop uit het centrum. ‘Als het niet lukt om de huidige situatie goed te handhaven, zijn wij voor een uitplaatsing naast bijvoorbeeld een politiebureau. Dan kan de politie het namelijk makkelijker in de gaten houden, nu moeten de bewoners dat doen.’
Maar de politie aan de rand van de gemeente toezicht laten houden is volgens Huibert van Rossum van het CDA geen optie. ‘Je moet de problemen oplossen, niet verplaatsen. De politie is hard nodig in het centrum van de stad. Als het aan ons ligt sluiten we coffeeshops, zeker de gevallen die overlast veroorzaken.
Vanuit de zaal konden ook andere politici van zich laten horen over de coffeeshops. Volgens de VVD is er te veel overlast, zij zijn voorstander om de zaken te verplaatsen. Ook de PvdA ziet het plan zitten, volgens hen is softdrugs een afhaalproduct geworden en is het dus ook voor de verkeersdoorstroming beter af buiten de stad. De ChristenUnie ziet geen heil in het plan maar vindt dat het verkeerstoezicht scherper geregeld moet worden. Volgens die partij kun je de coffeeshops het beste handhaven in de binnenstad.

Koopzondagen
Gouda heeft 12 koopzondagen per jaar. Per oktober 2013 mogen grote zaken als tuincentra en bouwbedrijven altijd op zondag open. De stelling luidt als volgt: weg met de koopzondagen! Mag het wat stiller?
Volgens Theo Krins van de ChristenUnie heeft de meerderheid van de ondernemers geen behoefte aan de koopzondagen. ‘Vooral de kleine ondernemer vraagt om het niet te doen. En als je alleen luistert naar de grotere bedrijven, dan ga je aan het principe van ondernemen voorbij.’ Ook vindt Krins dat er ook in dit ‘post-christelijke tijdperk’ ruimte moet blijven voor een gezamelijke vrije dag. ‘Mensen hunkeren naar een collectieve vrije dag. Dat moet je als samenleving faciliteren, zodat het gezin zelf de ruimte heeft daar invulling aan te geven.’
Thierry van Vught van D66 vindt dat mensen zelf hun vrije dag moeten kunnen kiezen. ‘Ondernemers kunnen ook bijvoorbeeld op maandag dicht gaan, de overheid hoeft dat niet alvast in te vullen.’ Volgens D66 moet er de komende periode worden geïnvesteerd in de koopkracht en aantrekkingskracht van Gouda. ‘We moeten ook naar de consument luisteren, niet alleen naar de ondernemers.’
Vanuit de zaal liet Gouda’s 50-plus partij weten de twaalf koopzondagen per jaar wel voldoende te vinden. Volgens die partij moet er ook één lijn getrokken worden: ‘Alles dicht of alles open, anders zijn de kleine ondernemers er de dupe van’. SP en het CDA zijn allebei tegen openstelling van de zondagen, VVD en TROTS juist voor méér. Volgens die laatste partij gaan mensen nu op zondag winkelen in omliggende gemeenten en moet de omzet in eigen stad blijven. De Partij voor de Dieren vindt mensen meer dan consumenten: 'We zijn niet keihard tegen koopzondagen, maar we moeten ons druk maken om andere dingen dan het kopen’.
Groenvoorzieningen
Bezuinigingen, ook Gouda moet eraan geloven. Als het gaat om groenvoorzieningen zou er geld bespaard kunnen worden door inwoners zelf meer werk te laten verzetten. Daardoor komen er minder hoge lasten op het bordje van de burger terecht. De stelling luidt daarom: Gouwenaren moeten voortaan het groen in de straat zelf onderhouden om hogere lasten te voorkomen.
De VVD vindt dat burgers meer zelf mogen participeren. Laura Werger: ‘Mensen zouden bijvoorbeeld groen in de buurt moeten kunnen kopen en op die manier onderdeel van hun tuin kunnen maken en verzorgen’. Volgens haar zijn er genoeg inwoners die dat willen doen als het zou betekenen dat er daardoor geen lasten worden verhoogd.
Volgens Marion Suijker van de PvdA is het onderhouden van groenvoorzieningen in de stad een taak van de gemeente. ‘Kleine stukjes groen kunnen best door mensen zelf onderhouden worden, maar nooit de gehele openbare ruimte. Je hebt voor het beheren van groen trouwens ook kennis nodig.’
De SGP ziet wel heil in het uitbesteden aan inwoners: ‘Wij zijn voor een kleine overheid. Daar horen keuzes bij en die perkjes kunnen we best met zijn allen bijhouden’.  Zowel Gouda’s 50-plus partij, als de Partij voor de Dieren en GroenLinks vinden dat het onderhouden van de groenvoorzieningen een taak van de gemeente moeten blijven. Die laatste partij vindt het overigens geen probleem als burgers zelf werk verzetten, zolang het maar vrijwillig is.
Stadsmariniers
Hoe kun je jongeren op het rechte spoor krijgen en houden? Gouda is niet onbekend met die vraag. Flink aanpakken, of met ze in gesprek gaan? De stad heeft één stadsmarinier. De stelling luidt: Gouda heeft meer stadsmariniers nodig en geen jongerenwerkers.
Volgens Bas Driesen van TROTS heeft de stadsmarinier zijn functionaliteit inmiddels bewezen en moeten er nog twee bijkomen. ‘De huidige stadsmarinier heeft zijn handen vol aan de wijken Oosterwei en Goverwelle. Bovendien heeft hij ons ook alweer geld gescheeld op jongerenwerk achteraf. Als we zouden bezuinigen op veiligheid gaan we echt vijf stappen terug in Gouda.’
GroenLinks vindt dat je de veiligheid niet kunt aanpakken zonder daarbij ook naar preventie te kijken. Michel Klijmij: ‘Ja, je moet criminaliteit hard aanpakken, maar jongerenwerk blijft essentieel. Drie stadsmariniers neerzetten betekent niet meteen dat het dan ook drie keer zo goed gaat met de veiligheid. Als er veel behoefte aan is zijn we wel voor een tweede stadsmarinier, maar het blijft vooral symboolpolitiek’.
Gouda Positief gelooft niet in straatcoaches en stadsmariniers. Zij willen bij het rijk vooral aandringen op meer politie. Gouda’s 50-plus partij vindt veiligheid een absolute prioriteit: ‘Daar moet je niet op bezuinigen. Als het nodig is, moet er zelfs extra geld naartoe. Het kan zomaar morgen weer onveilig zijn en daar moeten we gewoon op inspelen’. Volgens D66 moeten moet er eerst beter geëvalueerd worden hoe effectief de stadsmarinier tot nu toe is geweest.